Goede Vrijdag, viering Heilig Avondmaal Voorganger(s): Gertjan Pellikaan Tekst(en): Johannes 19: 17-37 Ouderling(en): Adriaan van Zanten Organist: Jan van Westerbrugge
Beamer: Cees Vermeer Streamer: Koos de Rijke Bijbellezer: Martin Hulscher Collecte: 1. Streekverband de Tien, 2 de kerk Locatie: Domkerk
Klik op de button om mee te luisteren
Meekijken? Dit kan door te klikken op dit logo: of via
Orde van dienst: Orgelspel Welkom Aanvangslied 75: 1 + 5
1 U alleen, U loven wij,
U loven wij, onze Heer,
want uw naam zo rijk van eer
is tot onze vreugd nabij.
Men vertelt in heel het land
al de wonderen van uw hand.
5 't Is de Heer die in zijn hand
een beker heeft die Hij vult
in zijn heilig ongeduld,
die Hij vult tot aan de rand
met de wijn die schuimt als bloed,
bruist in volle overvloed.
Stil gebed & bemoediging & groet Lied 75: 7
7 God is 't die ik loven zal,
ik loven zal als mijn Heer.
Ik vermeld zijn roem en eer,
ik bewerk der bozen val.
Al wie in Gods recht gelooft,
gaat met opgeheven hoofd.
Hemelhoog 684: 1 + 2
1 Laat uw glorie zien
aan heel de wereld om ons heen;
als wij samen U aanbidden
dan maakt U ons één.
Laat uw glorie zien,
laat alle blijdschap die U brengt
een getuigenis van hoop zijn
voor wie U niet kent.
Refrein:
Als wij samen U aanbidden
en vol eerbied voor U staan,
daalt uw Geest neer in ons midden;
raak ons allen aan.
Als wij Jezus' naam belijden
als de enige die redt.
Toon uw majesteit en glorie,
dat is ons gebed.
2 Laat uw glorie zien,
dat heel de wereld horen mag
het lied van Jezus en het kruis
waar Hij ons redding bracht.
Laat uw glorie zien
aan wie gebroken is en moe,
dat zij horen hoe U liefdevol
hun namen roept.
Refrein:
Als wij samen U aanbidden
en vol eerbied voor U staan,
daalt uw Geest neer in ons midden;
raak ons allen aan.
Als wij Jezus' naam belijden
als de enige die redt.
Toon uw majesteit en glorie,
dat is ons gebed.
Gebed
Bijbellezing: Johannes 19: 17-37 (uit de NBV21) 17 Jezus werd weggevoerd; Hij droeg zelf het kruis naar de zogeheten Schedelplaats, in het Hebreeuws Golgota. 18 Daar kruisigden ze Hem, met twee anderen, aan weerskanten één, en Jezus in het midden. 19 Pilatus had een inscriptie laten maken die op het kruis bevestigd werd. Er stond op: 'Jezus van Nazaret, koning van de Joden'. 20 Het stond er in het Hebreeuws, het Latijn en het Grieks, en omdat de plek waar Jezus gekruisigd werd dicht bij de stad lag, werd deze inscriptie door veel Joden gelezen. 21 De hogepriesters van de Joden zeiden tegen Pilatus: "U moet niet 'koning van de Joden' schrijven, maar 'Deze man heeft beweerd: Ik ben de koning van de Joden'." 22 "Wat ik geschreven heb, dat heb ik geschreven", was het antwoord van Pilatus. 23 Nadat ze Jezus gekruisigd hadden, verdeelden de soldaten zijn kleren in vieren, voor iedere soldaat een deel. Maar zijn onderkleed was in één stuk geweven, van boven tot beneden. 24 Ze zeiden tegen elkaar: "Laten we het niet scheuren, maar laten we loten wie het hebben mag." Zo moest in vervulling gaan wat de Schrift zegt: 'Ze verdeelden mijn kleren onder elkaar en wierpen het lot om mijn gewaad.' Dat is wat de soldaten deden. 25 Bij het kruis van Jezus stonden zijn moeder en haar zus, en Maria, de vrouw van Klopas, en Maria van Magdala. 26 Toen Jezus zijn moeder zag staan, en bij haar de leerling van wie Hij veel hield, zei Hij tegen zijn moeder: "Vrouw, dat is uw zoon", 27 en daarna tegen de leerling: "Dat is je moeder." Vanaf dat moment nam die leerling haar bij zich in huis. 28 Toen wist Jezus dat alles was volbracht, en om de Schrift geheel in vervulling te laten gaan zei Hij: "Ik heb dorst." 29 Er stond daar een vat water met azijn; ze doopten er een spons in en brachten die, gestoken op een majoraantak, naar zijn mond. 30 Nadat Jezus ervan gedronken had zei Hij: "Het is volbracht." Hij boog zijn hoofd en gaf de geest. 31 Het was voorbereidingsdag, en de Joden wilden voorkomen dat de lichamen op sabbat, en nog wel een bijzondere sabbat, aan het kruis zouden blijven hangen. Daarom vroegen ze Pilatus of de benen van de gekruisigden gebroken mochten worden en of ze de lichamen mochten meenemen. 32 Toen braken de soldaten de benen van de eerste die tegelijk met Jezus gekruisigd was, en ook die van de ander. 33 Vervolgens kwamen ze bij Jezus, maar ze zagen dat Hij al gestorven was. Daarom braken ze zijn benen niet. 34 Maar een van de soldaten stak een lans in zijn zij en meteen vloeide er bloed en water uit. 35 Hiervan getuigt iemand die het zelf heeft gezien, en zijn getuigenis is betrouwbaar. Hij weet dat hij de waarheid spreekt en wil dat ook u gelooft. 36 Dit gebeurde omdat de Schrift in vervulling moest gaan: 'Geen van zijn beenderen zal verbrijzeld worden.' 37 Een andere schrifttekst zegt: 'Ze zullen hun blik richten op Hem die ze hebben doorstoken.'
Lied 587: 2 + 5 + 6 + 7
2 Eén mens moet sterven om een volk te redden.
Door uw gehoorzaam lijden kan ik verder,
warm ik mij aan uw liefde die niet loochent.
Open mijn ogen.
5 Jezus, gekruisigd – met ontzag en deernis
zie ik uw zorg voor moeder en voor leerling,
liefde is dorst naar vrede zonder einde,
water dat wijn wordt.
6 Zing met de psalm: geen woord is er gebroken –
de waarheid is gezien om te geloven.
Daarom Heer Jezus, met de ooggetuige
wil ik mij buigen.
7 Rijke geschenken zou ik willen geven,
eerbied en dank, de mirre van mijn leven.
Eer aan de Heer, die dood en duister keerde,
Licht voor de wereld.
Overdenking
Lied 247: 1 + 3 + 5
1 Blijf mij nabij, wanneer het duister daalt.
De nacht valt in, waarin geen licht meer straalt.
Andere helpers, Heer, ontvallen mij.
Der hulpelozen hulp, wees mij nabij.
3 U heb ik nodig, uw genade is
mijn enig licht in nacht en duisternis.
Wie anders zal mijn leidsman zijn dan Gij?
In nacht en ontij, Heer, blijf mij nabij.
5 Houd, Heer, uw kruis hoog voor mijn brekend oog,
licht in het duister, wijs de weg omhoog.
Uw dag breekt aan, de schaduw gaat voorbij.
In dood en leven, Heer, wees Gij nabij.
Collecte
Viering Heilig Avondmaal
Lied 340b
Ik geloof in God de Vader,
de Almachtige Schepper des hemels
en der aarde.
En in Jezus Christus,
zijn eniggeboren Zoon,
onze Heer,
die ontvangen is van de heil'ge Geest,
geboren uit de maagd Maria,
die geleden heeft
onder Pontius Pilatus,
is gekruisigd, gestorven en begraven,
nedergedaald ter helle,
ten derden dage wederom opgestaan
van de doden,
opgevaren ten hemel,
zittende ter rechterhand Gods,
des almachtigen Vaders,
vanwaar Hij komen zal
om te oordelen
de levenden en de doden.
Ik geloof in de heilige Geest,
ik geloof één heilige,
algemene christelijke kerk,
de gemeenschap der heiligen.
vergeving der zonden,
wederopstanding des vleses
en een eeuwig leven.
Amen, amen, amen.
Lezing (deel van) tafelgebed / avondmaalsgebed bidden Onze Vader lied ter voorbereiding van de tafel Lied 558:1 + 4 + 5 + 10
1 Jezus, om uw lijden groot,
om uw leven en uw dood
die volbrengen 't recht van God,
Kyrie eleison.
4 Om het brood, Heer, dat Gij breekt,
om de beker die Gij reikt,
om de woorden die Gij spreekt,
Kyrie eleison.
5 Here, om uw bloedig zweet,
als Ge alleen de wijnpers treedt,
om de kelk vol bitter leed,
Kyrie eleison.
10 Heer, om uw vijf wonden rood,
om uw onverdiende dood,
smeken wij in onze nood,
Kyrie eleison.
Nodiging aan tafel instellingswoorden delen van het brood delen van de wijn
Lied 840: 1 + 3 + 2
1 Lieve Heer, Gij zegt 'kom' en ik kom,-
want mijn leven is onder de macht gesteld
van de Heer die mijn dagen en nachten telt
en de Heer zegt 'kom' en ik kom.
3 Want o Heer, ik zeg 'kom' en Gij komt,
ik zeg 'kom' en Gij komt en uw bloed wordt wijn
en uw lichaam brood voor wie hongerig zijn
en uw naam wordt een lied in mijn mond.
2 O mijn God, Gij zegt 'ga' en ik ga,
Gij zegt 'ga' en ik ga, laat mij niet alleen,
wees het woord in mijn vlees en de geest om mij heen,
wees de adem waaruit ik ontsta.
Dankgebed Slotlied 575: 1 + 2 + 6
1 Jezus, leven van ons leven,
Jezus, dood van onze dood,
Gij hebt U voor ons gegeven,
Gij neemt op U angst en nood,
Gij moet sterven aan uw lijden
om ons leven te bevrijden.
Duizend, duizendmaal, o Heer,
zij U daarvoor dank en eer.
2 Gij die alles hebt gedragen
al de haat en al de hoon,
die beschimpt wordt en geslagen,
Gij rechtvaardig, Gij Gods Zoon,
als de minste mens gebonden,
aangeklaagd om onze zonde.
Duizend, duizendmaal, o Heer,
zij U daarvoor dank en eer.
6 Dank zij U, o Heer des levens,
die de dood zijt doorgegaan,
die Uzelf ons hebt gegeven
ons in alles bijgestaan,
dank voor wat Gij hebt geleden,
in uw kruis is onze vrede.
Voor uw angst en diepe pijn
wil ik eeuwig dankbaar zijn.
Zegen
Gezang 456: 3
Amen, amen, amen Dat wij steeds beamen Jezus Christus, onze Heer Amen God, uw Naam ter eer!
In stilte wordt de kerk verlaten
Toelichting collecte
De collecte bij het vieren van het Heilig Avondmaal is voor “Streekverband De Tien”
De gezamenlijke Westlandse diaconieën ondersteunen voor langere tijd zes goede doelen die gezamenlijk zijn gekozen. Meer informatie over de doelen op de website van het streekverband: https://www.streekverband-de-tien.nl/projecten/